FLE in Avignon: hoe een buitenlandverblijf je blik verruimt

Door Amber Smits, student Franse Taal en Cultuur aan de Radboud Universiteit

Van september 2021 tot en met januari 2022 verblijf ik voor mijn bachelor Franse Taal en Cultuur aan de Radboud Universiteit in het zonnige Zuid-Frankrijk, in Avignon om precies te zijn. Afgelopen juli kwam – na maanden van onzekerheid – eindelijk het verlossende antwoord: de buitenlandverblijven binnen Europa konden doorgaan! Zo gezegd zo gedaan, eind augustus arriveerde ik met veel te veel koffers in het appartementencomplex (zonder lift, uiteraard), waar ik mijn intrek mocht nemen in een gedeeld appartement op de derde verdieping.

Aangezien ik vanwege een eerder behaalde bachelor Nederlandse Taal en Cultuur eigenlijk geen vakken hoefde te halen hier, kon ik mijn colleges helemaal kiezen zoals ik wilde, zonder hierbij te hoeven letten op het exacte aantal studiepunten. Uiteindelijk ben ik onder andere gegaan voor het pakket Français Langue Etrangère (FLE), wat een van de keuzerichtingen is van de derdejaars letterenstudenten en bestaat uit de vakken Didactique des langues, Enseignement/apprentissage de l’oral : approche phonétique, Représentation de l’altérité en didactique des langues en Linguistique appliquée à l’enseignement 1.

Ik had – met het oog op de educatieve master die ik komend jaar wil gaan volgen – heel bewust gekozen voor FLE: dat leken me nu nog eens vakken die ik ook zou kunnen toepassen in Nederland. Hoewel niet alle vakken bleken te zijn wat ik ervan had verwacht (al is het lastig om echt verwachtingen te hebben als je vooraf alleen de naam van het vak tot je beschikking hebt), heb ik er wel ontzettend veel van opgestoken. Het was enorm waardevol om als internationale student aanwezig te zijn bij vakken waar het voornamelijk gaat over hoe L2-leerders Frans leren, omdat ik zo ook een nieuw perspectief aan de lessen kon toevoegen door te vertellen over mijn eigen ervaringen. Ik heb veel interessante dingen geleerd, bijvoorbeeld over hoe je uitspraakfouten kunt verbeteren bij leerlingen, over de geschiedenis van FLE en over verschillende soorten lesboeken die gehanteerd worden in Frankrijk. Dit zijn onderwerpen die in Nederland niet heel uitgebreid aan bod komen, maar die ik wel heel intrigerend vind en ik ben dus erg blij dat ik er op deze manier zo veel over heb kunnen leren.

Over het leren gesproken: dat gaat hier wel heel anders dan in Nederland. Anders wil natuurlijk niet zeggen slechter, maar sommige zaken hebben me toch wel verbaasd. Zo zijn de vakken hier veel minder studiepunten waard – ik heb in totaal negen vakken gevolgd voor 22 studiepunten, terwijl ik er in Nederland waarschijnlijk vijf voor in totaal 30 ects zou hebben gehad. Tegelijkertijd hoef je per vak niet veel meer te doen dan op te komen dagen en op te letten; buiten de toetsing om is er namelijk geen sprake van collegevoorbereiding. Het schrijven van een dissertation was ook even wennen, aangezien daar bijvoorbeeld geen status quaestionis aan te pas komt. Ook ging ik op een gegeven moment zelfs de Nederlandse tentamenweken missen… Hier heb je namelijk gedurende het gehele semester tentamens, docenten mogen dit vrij inplannen en zo kan het zomaar gebeuren dat je drie tentamens per dag hebt of juist weken achtereen zonder deadlines. Toch heb ik ook van deze aanpak wel weer geleerd: ik ben er beter van op gaan letten in de colleges (je moet wel, aangezien hier de krijtborden nog niet hebben plaatsgemaakt voor een PowerPoint) en ik vond het ook wel verfrissend om eens op een totaal andere manier te leren schrijven.

Mijn buitenlandverblijf heeft me al met al absoluut veel gebracht: ik heb het idee dat het Frans spreken me gemakkelijker afgaat, mijn luister-, lees- en schrijfvaardigheid is sterk verbeterd en bovenal is mijn informeel Frans taalgebruik er ook flink op vooruitgegaan. Het doen van groepsprojecten waarin je met uitsluitend Franse studenten wordt ingedeeld, zorgt ervoor dat je snel moet communiceren in een heel ander register dan in de collegezalen in Nederland. Je leert dingen die normaal gesproken niet zo snel aan bod komen, maar in de groepsapps voortdurend rondgaan: afkortingen als ojrd voor aujourd’hui bijvoorbeeld. Daarnaast vond ik het ook heel verfrissend om met studenten uit alle hoeken van de wereld college te hebben (studenten waren bijvoorbeeld afkomstig uit Colombia, Mexico, Ivoorkust, Tunesië, Marokko en Algerije), omdat zij ook weer een heel ander perspectief toevoegen aan de les.

Inmiddels zit het grote avontuur er bijna op. Wat heb ik er ongelofelijk veel van geleerd en wat ben ik dankbaar dat ik de kans gehad heb om binnen de bachelor naar Frankrijk te mogen gaan. Mijn verwachtingen waren vooraf niet heel hooggespannen, ik vond het vooral spannend om voor het eerst zo’n lange tijd van huis te zijn. Uiteindelijk heb ik echter een fantastische tijd gehad en had ik het voor geen goud willen missen. Deel mijn verhaal vooral dus met twijfelende studenten, wellicht hebben ze er wat aan. 

Deze blog is eerder verschenen op taalwijs.nu, een digitale ontmoetingsplek voor taaldocenten